Toekomst van emissieloze bouw in Nederland: Richtlijn veilige inzet elektrisch materieel
In de toekomst zal de Nederlandse bouwsector volledig emissieloos moeten werken. Bouw- en infrabedrijven zijn daarom bezig hun materieel te elektrificeren. Omdat er nog geen duidelijke regelgeving is, heeft Green Fellows, samen met Bouwend Nederland – stuurgroep KOMAT, de richtlijn Veilige Inzet Elektrisch Materieel ontwikkeld. Deze richtlijn helpt bedrijven en opdrachtgevers om onnodige risico’s te vermijden en goede afspraken te maken over de benodigde beheersmaatregelen.
Klimaatdoelstellingen en de bouwsector
Nederland staat voor een grote klimaatuitdaging. De overheid streeft naar een vermindering van 60% stikstof en 0,4 megaton CO2-uitstoot tegen 2030. Deze ambitieuze doelstelling vereist onder andere een grootschalige verduurzaming van de bouw- en infrasector. Veel ondernemers zijn daarom bezig hun wagenpark en materieel te vervangen door elektrische alternatieven. De overheid ondersteunt deze overgang met subsidies en wetgeving.
Veiligheidsrisico’s en opleiding
Elektrisch materieel is schoner en gezonder, maar brengt ook veiligheidsrisico’s met zich mee. Het is namelijk nieuw voor de gebruikers en maakt de bouwplaats complexer, waardoor extra opleiding en instructie noodzakelijk zijn. De richtlijn Veilige Inzet Elektrisch Materieel bevat vier belangrijke onderdelen: werking en gebruik van elektrisch materieel, aankoop en onderhoud, veiligheidsinstructies en training, en rollen en verantwoordelijkheden.
Overhandiging van de Richtlijn
Op vrijdag 31 mei heeft Henri Overbeek van Green Fellows, namens het kernteam bestaande uit Lennard Nellestein van Ecossconsulting en Henry Lootens van Vigleco, de richtlijn ‘Veilige Inzet Elektrisch Materieel’ overhandigd aan Jeffrey Hoffman, vertegenwoordiger van KOMAT in Arnhem. Henri benadrukte dat dit slechts het begin is en dat de komende periode verder gewerkt moet worden aan het vaststellen van de juiste beheersmaatregelen.
Doelstelling en Implementatie
De richtlijn Veilige Inzet Elektrisch Materieel is opgesteld met als doel de bouw- en infrasector te ondersteunen bij de veilige inzet van elektrisch materieel en de bijbehorende hulpmiddelen. In de periode 2023-2024 richt de richtlijn zich op het bieden van duidelijke instructies en praktische handvatten om bedrijven te helpen bij de overgang naar elektrisch materieel. Dit omvat onder meer veiligheidsrichtlijnen, procedures en training voor werknemers om ervoor te zorgen dat zij veilig en efficiënt kunnen werken met het nieuwe materieel.
Formele Erkenning na 2024
Na 2024 wordt ernaar gestreefd de richtlijn officieel op te nemen in de Arbocatalogus als een document dat de laatste stand der techniek vertegenwoordigt. Deze formele erkenning zal de richtlijn verder versterken en bijdragen aan een brede implementatie en naleving binnen de sector, wat essentieel is voor het behalen van de ambitieuze klimaatdoelstellingen van Nederland. Deze richtlijn bouwt voort op bestaande wet- en regelgeving, normen en richtlijnen. Deze worden samengebracht om de veiligheid en uitvoerbaarheid op de bouwplaats te waarborgen. De richtlijn is geschreven naar de laatste stand der techniek.
Expertteam en Klankbordgroep
Naast het kernteam, is vanaf het begin een expertteam betrokken geweest bij de totstandkoming van de richtlijn. Dit team bestond uit experts zoals Rob Dekkers, installatieverantwoordelijke voor elektrificering en duurzaamheid, Dennis Bossenbroek, coördinator veiligheid, Floris Looijen, expert in bouwplaatsinrichting en materieel, en Maarten Mooij, expert in lithiumhoudende batterijen en vermogenselektronica.
Tijdens het opstellen van de richtlijn heeft een klankbordgroep, bestaande uit onder andere Maarten van Driel van Dura Vermeer Materieel en Gerard van der Veer van GMB, het kern- en expertteam van feedback voorzien. Andere betrokken stakeholders waren onder meer Hans Zwaanenburg van BMWT, Bas van Gruijthuijsen van Aboma, Johan de Vries van Brandweer Nederland, Pieter van der Veen van het Verbond van Verzekeraars en Huib Oostdijk van NEC 623 werkvoorschriften WG 9140.
Scope van de Richtlijn
De scope van de richtlijn omvat elektrisch aangedreven mobiele werktuigen, batterijsystemen en laadinfrastructuur op de bouwplaats en de werf, energie-infrastructuur op de bouwplaats en de werf, en publieke laadinfrastructuur voor elektrisch aangedreven mobiele werktuigen en batterijen, evenals transport en logistiek van elektrisch materieel. Bepaalde technologieën, zoals moleculenopslag en kleine batterijopslag, vallen buiten de scope, evenals transportbewegingen over water en via de lucht, energieopwekking en energiemanagement op de bouwplaats. Mogelijk worden deze in een later stadium opgenomen.
Trots op de Richtlijn
Harry Hertsenberg, voorzitter van KOMAT, verklaarde: “Ik ben ontzettend trots dat we samen met Green Fellows en betrokken stakeholders de sector nu een heldere richtlijn geven om elektrisch materieel veilig in te zetten. We staan aan het begin van de transitie naar emissieloos werken. Dat betekent dat we deze richtlijn zullen actualiseren aan de hand van nieuwe ervaringen en inzichten.”